dinsdag 20 februari 2018

Het visserijgriend


In de jaren tachtig telde ik met anderen de wintervogels op en langs de Oude Maas. Het traject dat ik voor mijn rekening nam, liep vanaf de jachthaven van Rhoon tot en met de Spijkenisse brug. Vandaag jaren later besluit ik de route andersom te lopen, naar de Zalmplaat, waar ik een volkstuin heb.

De lucht is grijs als ik de dijk bij de nog nauwelijks herkenbare Meeuwenplaat op loop. Aan de rivierzijde ligt het griend in diepe rust. Over een pad van planken, dat boven de drassige grond en de kreken ligt, loop ik dieper het griend in. Een grote bonte specht vliegt in golvende vlucht tussen de bomen door. Ik volg hem tot bij een pas geknot perceel en besef de waarde van dit unieke stukje cultuurlandschap, hoe klein het ook is.

In vroeger tijden stoomde bij vloed het zoete rivierwater het griend in. Vissers hadden her en der fuiken geplaatst waarin onder andere paling werd gevangen. Het griend werd goed onderhouden en het gesnoeide wilgenhout vond zijn bestemming o.a. als vlechtwerk ter bescherming van rivieroevers; de gevlochten matten gingen afkalving tegen. Nu hebben zware basaltblokken de matten vervangen. Door de dagelijkse werking van eb en vloed is er een bijzondere flora en fauna ontstaan. In het voorjaar bloeit de lisdodde en de spindotter er volop.

Terwijl ik langs de oevers loop passeert een kleurig lint van hardlopers mij. Op het water is het stil. Van eenden geen spoor, op een blauwe wc-eend na die hulpeloos tussen aangespoeld wrakhout en ander afval in een drooggevallen kreek ligt. Even waan ik mijzelf op een pelgrimspad als mijn blik op een rode roos valt. Hij is onder een crucifix tegen een boomstam aangeklemd. Ik houd halt en laat mijn gedachten gaan bij dit onverwachte tafereel. Haast ongemerkt nader ik het einde van mijn tocht. Een omgevallen boom verspert mijn pad. Stoer als een woudloper neem ik het obstakel, om niet veel later op de tuin bij te praten over de bijzondere wandeling, die ik iedereen aanraad.