zaterdag 3 februari 2018

omkering


schuimend water vouwt zich speels om de kiel
als hij, zijn jeugd voorbij, de haven uitvaart.
meeuwen krijsen boven schuimend zog.
achter hem -

onder een heldere lucht,
nog vaag aan de horizon
zijn thuisland

zo de wind waait, vaart hij; soms is het vlijen
op de kalme zee, dan weer scherp snijden
door huize hoge golven.

daar waar het tij keert en een onderstroom zijn schip
door de branding voert, legt hij aan; zo verglijden
de door hem niet gekende dagen. dan licht hij het anker.
voor hem -

onder een heldere lucht,
nog vaag aan de horizon
zijn thuisland.


zondag 28 januari 2018

De draagtas


Tijdens een fietstocht naar de wekelijkse yogales, componeer ik in gedachten een mooie zin bij een beeld dat ik zojuist zag. Ik ben wat laat en rijd in stevig tempo over wegen die hier en daar zijn aangeslagen door een dunne ochtendnevel. Bij het steile bruggetje over de Boezem zet ik aan en juist dat had ik niet moeten doen, want hij is spekglad. Ik verlies de macht over het stuur, smak tegen de grond en schuif keihard tegen de brugleuning aan. Nadat ik mij geheroriënteerd heb sta ik op en vervolg mijn weg met een stijve knie en heup. Nog net op tijd arriveer ik bij de yogalokatie. De les doet mij goed en al snel ben ik het voorval vergeten.

Nu vraagt u zich wellicht af hoe die volzin nu luidde. Ik zal hem u vertellen al weet ik nog niet wat ik er verder mee aan moet.

Aan de slootkant in een door de storm gehavend bosperceel, ligt verkreukeld als een pas beslapen bed en nog klam van de nacht een linnen draagtas.