donderdag 11 december 2014

In licht en schaduw



Nadat hij de mantra’s heeft gereciteerd en de nieuwe dag begroet, loopt hij behoedzaam de zoldertrap af naar beneden. Op de overloop sluit hij de deur achter zich. Dan daalt hij de trap af naar de begane grond. In de keuken strijkt hij een lucifer langs de ruwe zijkant van het doosje. De vlam daaraan ontstoken vindt zijn weg naar het aardgas dat zacht uit het fornuis ruist. Met een plofje vormt zich een blauwe krans van vuur om de gaspit.


ochtendritueel
gas en zwavel mengen zich
geursensatie


Met een mok thee in zijn hand loopt hij naar zijn werkplek. Nog voor hij achter het beeldscherm van zijn computer plaatsneemt staart hij door het raam naar buiten. Het beeld van de fraaie zonsopgang van enige dagen geleden zal hij door de dichte bewolking dit keer niet kunnen bewonderen. Dan pakt hij een potlood en papier en schrijft als in een trance.


de eenzaamheid liefhebben
en toch ook de mensen
met hun eindeloze verhalen*



* De laatste strofe is afkomstig van een gedicht uit de bundel ‘in licht en schaduw’ van Niels Snoek