donderdag 23 mei 2013

Tijdens ons vertrek naar de Ardennen regent het pijpenstelen. Ironisch maken Peter en ik een grap en een grol. We maken ons nergens druk over, zelfs niet over de te volgen route naar onze bestemming, Robertville. De keuze is die tussen Luik en Antwerpen. We kiezen voor de laatste. Op de ring rond Antwerpen geraken we in een file die ontstaan is door een ongeluk. Naast ons staat een enorme vrachtwagen gevuld met plofkippen. Het is een schrijnend tafereel om de bleke kammen op de wanhopig blikkende kippen gade te slaan. Ons goede humeur daalt dan ook even. Als we later een even grote vrachtwagen passeren die vol geladen is met slachtvarkens daalt onze stemming nog dieper. Totdat we recht in de roze poeperd van een big kijken. Hij zet ons op de plaats, met een schaterlach vervolgen we onze reis.

Ver na vier uur in de middag bereiken we ons logeeradres. Terwijl ik de reisbagage een voorlopig plekje geef, verkent Peter het appartement. “Hé, ze organiseren hier ook schrijfcursussen”, roept Peter vanuit de hal. Als later de gastvrouw een gesprek met ons aanknoopt breng ik de cursus ter sprake. “Een vriend van mij heeft ook een schrijfcursus gevolgd in de Ardennen”, vertel ik haar. Als ik zeg dat de bewuste vriend Niels Snoek is, ontstaat een levendig gesprek. Wat blijkt, hij logeerde een jaar eerder in hetzelfde appartement waar wij drie dagen zullen verblijven.

      blinde willekeur -
     vrienden kruisen virtueel
     elkaars levenspad

maandag 20 mei 2013

In gedachten keer ik terug naar het bospad onder het beukenloof. Rechts van mij stroomt een beekje gevuld met water dat na overvloedige regenval het lager gelegen stuwmeer vult. Het is nog vroeg in de morgen. Langzaam zuigen mijn schoenen zich vol met vocht afkomstig van het natte gras. Op een punt waar vier heuvels samenvloeien, bespeur ik achter een in nevelen gehulde eik een silhouet. Omdat ik door de nevel vrijwel geen kleur kan onderscheiden moet ik het met de contouren van de vogel doen. De diepgevorkte staart en de naar achteren gevouwen vleugelpunten vertellen mij dat ik met een rode wouw van doen heb. Later loop ik in dekking en enigszins gebukt langs een meidoornhaag. Pal voor mij rent een vos de heuvel af en verdwijnt met dikke pluimstaart in een elzensingel. Met deze taferelen in gedachten keer ik terug naar het appartement waar ik samen met vriend Peter logeer.

De eerste avond besluiten wij zelf ons diner te bereiden, twee magnetrons en vier keramische kookplaten moeten voldoende zijn om onze kookkunst handen en voeten te geven. Voor proviand rijden we naar een naburig dorp, in Robertville lijkt alles gesloten. De winkel van onze keuze staat op het punt van sluiten, nog net kunnen we achter de rug van de eigenaresse naar binnen glippen. Ons kostje scharrelen we uit de schappen bijeen: soep, macaroni, doperwten, zwarte olijven, bolognese saus, bier, soepballen in tomatensaus en brood. In ons appartement worden de blikken en potten geopend. Dan wacht ons een onaangename verrassing er blijken geen pannen te zijn. We maken van de nood een deugd en vullen een thermosfles met macaroni en kokend water. Een kwartier later is de pasta al dente. De pasta en andere ingrediënten worden verdeeld over vier grote soepkommen die een voor een in de magnetron worden geschoven. De tafel wordt feestelijk gedekt en vijf minuten later peuzelen we vrolijk ons maal op. Op de achtergrond klinkt ‘cry me a river’. De wolken die boven de Ardennen hangen nemen het lied serieus, want twee dagen lang zal het gestaag regenen.

     de wolken wijken
     een waterspreeuw poseert
     vogelaargeluk




Voor foto's zie http://peterdestadsvogelaar.nl/